Etnisch-culturele diversiteit, Deel 2: Schoolcultuur, welzijn, motivatie en prestatie.
Dit deel beschrijft een studie die plaats vond bij eerstejaarsstudenten uit zes verschillende opleidingen en als doel had tot een beter begrip van de prestatiekloof tussen studenten met en zonder (recente, niet-West-Europese) migratieachtergrond te komen. In eerste instantie wilden we te weten komen hoe studenten de schoolcultuur percipiëren, hoe die perceptie hun motivatie, hun welzijn en hun prestatie beïnvloedt, en hoe die perceptie de prestatiekloof tussen studenten met en zonder migratieachtergrond beïnvloedt. Daartoe verzamelden we gegevens aan het begin en op het einde van het academiejaar.
De belangrijkste bevindingen waren... (1) Studenten met een migratieachtergrond presteren beter wanneer ze zich (kunnen en mogen) identificeren met hun groep van oorsprong. De steun die studenten met een migratieachtergrond bij elkaar vinden, zorgt ervoor dat ze beter presteren. (2) Wanneer studenten discriminatie ervaren, heeft dit niet alleen een indirect maar ook een direct effect op hun presteren. Dit geldt voor alle studenten (en niet alleen voor studenten met een migratieachtergrond), maar studenten met een migratieachtergrond ervaren meer discriminatie dan studenten zonder migratieachtergrond. (3) De perceptie die studenten hebben van de schoolcultuur beïnvloedt hun motivatie en welzijn, en die motivatie en dat welzijn beïnvloedt het presteren. De perceptie van pluralisme heeft een goede invloed op de motivatie en het welzijn van alle studenten (niet alleen van studenten met een migratieachtergrond) en daardoor ook op hun presteren; de perceptie van assimilatie ondermijnt dan weer de motivatie, het welzijn en het presteren van alle studenten. (5) Goede didactiek komt de motivatie, het welzijn en het presteren van alle studenten ten goede, niet alleen dat van studenten met een migratieachtergrond. Hetzelfde geldt in nog sterkere mate voor de perceptie van cultuur-sensitieve houding onder docenten. Een cultuur-sensitieve houding komt het presteren van alle studenten ten goede (niet alleen dat van studenten met een migratieachtergrond). De aangereikte inhoud heeft wel een effect op de motivatie en het welzijn maar niet op het presteren. (6) De prestatiekloof is deels te wijten aan het feit dat studenten met een migratieachtergrond de docent minder snel als cultuur-sensitief ervaren en de schoolcultuur gemakkelijker als assimilationistisch en discriminatoir ervaren dan studenten zonder migratieachtergrond.
Wil men de prestatiekloof verkleinen, dan is het noodzakelijk om… (1) Studenten die discriminatie ervaren te ondersteunen. (2) Op instellings- en/of opleidingsniveau een diversiteitsbeleid te ontwikkelen dat ruimte biedt voor de (groeps)identiteit van studenten met een migratieachtergrond. (3) Voldoende aandacht te besteden aan de didactische principes die docenten hanteren en (vooral) aan de houding die ze zich aanmeten ten aanzien van studenten in het algemeen en van studenten uit kansengroepen in het bijzonder. Die houding dient oprecht open en cultuur-sensitief te zijn, en dit in het belang van alle studenten.
Duriez, B. (2022). Etnisch-culturele diversiteit, Deel 2: Schoolcultuur, welzijn, motivatie en prestatie. Karel De Grote Hogeschool, Antwerpen: Intern Rapport.